Kopstukken kankeronderzoek werken samen met kankerpatiënten
Kankeronderzoek vergt knappe koppen. Toch zoeken die knappe koppen elkaar niet vanzelfsprekend op. Evenmin is vanzelfsprekend dat er dan iets gebeurt waar kankerpatiënten blij van worden. Inspire2Live, een Nederlandse kankerpatientenorganisatie, draait het onderzoeksproces welbewust om. Op initiatief van Inspire2Live kwamen van 15-17 februari 2019 in de VS enkele van dergelijke knappe koppen bij elkaar, om beloftevolle onderzoeksdomeinen te verkennen, onder de noemer ‘Discovery Network Forum’. Eén van die domeinen betreft voedsel. Hieronder is de integrale samenvatting te lezen van de bijeenkomst (naar de Engelstalige versie op de site van Inspire2Live)
NB: Inspire2Live is ook een van de organisaties die de ‘verbanning’ van Wanda de Kanter en Pauline Dekker uit Alliantie Nederland Rookvrij veroordeelt. J
uist vanwege hun niet-aflatende inzet en volhardendheid in de strijd tegen tabak als hoofdoorzaak van longkanker kende Inspire2Live beide dames in januari de Inspire2Live Hero of Cancer Award toe.
Het driedaags oncologie-ontdekkingsforum genaamd ‘Discovery Network Forum’ is een initiatief van Inspire2Live. Samen met het Whitehead Institute van het Massachusetts Institute of Technology kwam in februari 2019 een gezelschap bijeen in Cambridge, Massachusetts. Een van de unieke kenmerken van deze bijeenkomst is dat het wereldwijd vooraanstaande preklinische en klinische onderzoekers verzamelt in belangrijke subdisciplines van de oncologie. Na enkele presentaties van hun nieuwste bevindingen volgde een collectieve brainstorm over manieren waarop hun individueel onderzoek het werk van hun collega’s kan informeren en beïnvloeden. Inspire2Live is een pionier in deze aanpak, die er naar streeft om meerwaarde te creëren die voorbij gaat aan een discipline, een instelling of onderzoeker.
Directeur van Inspire2Live, Peter Kapitein, en Founding Member van Whitehead Institute, Bob Weinberg, verzorgden op vrijdagavond 15 februari de kick-off met een werkdiner, met daarin de volgende presentaties.
- Jan Hoeijmakers van het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam toonde het beschermende effect aan van dieetbeperkingen voor kankerbehandelingen en het nieuwe vermogen om op selectieve wijze senescerende cellen uit levende weefsels te verwijderen als een antiverouderingsinterventie.
- Valter Longo van de University of Southern California in Los Angeles vertelde over zijn werk over ‘verhongering’ van kankercellen. Via vasten of tussentijds vasten, in combinatie met chemotherapie, kan het proces van uithongering in kankercellen worden geïnduceerd.
- Morten Scheibey-Knudsen van de universiteit van Kopenhagen gebruikt kunstmatige intelligentie en machinaal leren om de metabole fenotypen van aan veroudering gerelateerde ziekte te tonen.
- Lex Eggermont, General Manager van het Institute Gustav Roussy in Parijs, beschreef het succes van PD1- en PDL1-remmers bij immunotherapie.

Tijdens het ontbijt op zaterdagochtend werden de onderzoekspresentaties voortgezet:
- Edward Giovanucci van de Harvard School of Public Health legde uit dat 35% van de kankers in de VS te wijten is aan levensstijl, waaronder voeding en lichaamsbeweging. Twee belangrijke aspecten zijn insulinemische en pro-inflammatoire factoren die de metabole condities beïnvloeden.
- Ronald Plasterk van de Universiteit van Amsterdam beschreef de voortgang in DNA-sequencing die het mogelijk maakt om op mutatie gebaseerde zogeheten kanker-neoantigenen te identificeren. Eén vorm van deze mutaties wordt ‘frame shifts’ genoemd, die kan leiden tot de synthese van nieuwe oligopeptiden en vervolgens tot tumor-specifieke vaccins die worden ontwikkeld voor kankerpatiënten.
- Brent Reynolds van de Universiteit van Florida in Gainesville besprak analogieën tussen kankerbehandeling en ecologische interventies, die hij beschrijft ‘Ecology Oncology’. Hij onderzoekt dit model in een toepassing voor hooggradig glioom.
- Matthew Vander Heiden van het Koch-instituut aan het MIT onderzoekt het gebruik van metabole routes om therapeutische kwetsbaarheden van kankercellen aan te pakken.
- Laura van ’t Veer van de Universiteit van Californië in San Francisco beschreef haar werk in het gebruik van moleculaire en genetische biomarkers om borstkanker te voorspellen en beter te behandelen. Dit omvat een escalerende en de-escalerende behandeling op basis van de gegevens en de I-SPY2-platformproef voor neoadjuvante behandeling van lokaal gevorderde borstkanker.
- Jedd Wolchok van het Memorial Sloan Kettering Cancer Center beschreef de successen van immunotherapie om moleculaire checkpoints te blokkeren die de T-celactiviteit in bedwang houden. Nieuwe innovaties omvatten tumor-specifieke T-cellen voor adoptieve overdracht en het gebruik van virotherapie en andere injecteerbare middelen om immuniteitsreacties op basislijn te induceren.
- Bob Weinberg van het Whitehead Institute en MIT presenteerden zijn onderzoek naar de epigenetische determinanten van kanker, die het gedrag van kankercellen en tumoren beïnvloeden. Hij legde het belang van de epitheliale-mesenchchymale overgang (EMT) uit, die het gedrag van geavanceerde carcinoomcellen en de vorming van kankerstamcellen (CSC’s) reguleert, waaronder de vorming van therapieresistente CSC’s.
Vanaf zaterdagmiddag richtte het gezelschap zich op het gezamenlijk brainstormen over hoe elkaars onderzoek zou kunnen profiteren van of invloed zou kunnen hebben op het werk van anderen. De discussies werden gefaciliteerd door Lex Eggermont van Institute Gustav Roussy. Hoewel er onvoldoende tijd was om definitieve conclusies of resultaten te genereren, leidde de discussie tot nieuwe ideeën, waaronder:
- Belang van het microbioom en de potentiële vermindering van kankersterfte via metabole middelen via levensstijl, voeding en vasten
- Rationele toepassing van combinatietherapieën
- Het vergroten van de werkzaamheid van immunotherapie, inclusief het gebruik van vaccins in combinatie met controlepersonen
- Betere voorspelling en behandeling van metastasen
- Potentiële toepasbaarheid van eco-oncologiemodellen
Zaterdagavond was er gelegenheid voor een meer ontspannen en sociaal diner met het team. Op zondag werden de gezamenlijke en integrerende discussies vervolgd tijdens het ontbijt in het Whitehead Institute. De groep besloot om de potentiële onderzoeksgebieden van wederzijds belang nader te verkennen. Daartoe zal een follow-up-sessie over 6-9 maanden volgen.